TV NL EN

Proefvoetballer? Vergeet het maar met een strafblad

Door
Live Journalism

Artikel – Deze les van de politie moet basisschoolleerlingen op het rechte pad houden. “Je bent zelf verantwoordelijk voor je keuzes.”

Voor de klas staat agent Gerard Zwarts, een grote man in politie-uniform die de kinderen van groep acht van De Willibrordschool op IJburg stuk voor stuk aanstaart. Dat is wel even wennen voor de leerlingen, die anders rekenles hadden gehad. “Wat verwachten jullie van vandaag?”, vraagt Zwarts. De elf- en twaalfjarigen krijgen een voorlichting over misdaadpreventie en er komt ook nog een verrassing aan het einde. “Komt Ridouan Taghi?”, vraagt een jongen achterin de klas. De klas schiet in de lach. 

Al zo’n tien jaar geeft de politie voorlichtingen op basisscholen om te voorkomen dat jongeren afglijden in de criminaliteit. Groep 8 lijkt misschien heel vroeg, maar dit najaar waarschuwde de Amsterdamse Politie nog voor ronselende criminelen bij basisschoolkinderen. Dat gebeurt onder meer met snus, een soort zuigtabak, in ruil voor het uitvoeren van criminele opdrachten. “Heeft iemand hier wel eens van snus gehoord?”, vraagt Zwarts. Vrijwel de hele klas knikt ja. “Dat had ik niet verwacht”, zegt de lerares beduusd. 

“Ik hoop door mijn verhaal te vertellen jullie betere keuzes maken dan ik.”

“Jullie zijn het mooiste wat we hebben”, zegt Zwarts doorlopend tijdens de voorlichting. Het programma is erop gericht om jongeren het gevoel te geven dat politie om ze geeft. “Dat vinden jullie misschien raar om te horen van deze man in een uniform, maar jullie zijn de toekomst.” En hoe de leerlingen hun toekomst gaan inrichten is aan hen. “Nu zijn jullie nog de allergrootste van de school, maar na de vakantie zijn jullie de allerkleinsten. Wat ga je dan doen om jezelf te bewijzen?”

Illustratie: Charis Stephanie Bakker
Droombaan

Criminaliteit is altijd een keuze volgens Zwarts, die een van de grondleggers van het programma is. “Als je vriendjes wat stelen in de supermarkt, moet je er niet naast staan. Ook dat is strafbaar.” Veel leerlingen kijken hem met ongeloof aan. “Ik ben toch niet aan het stelen? Waarom ben ik dan strafbaar?”, vraagt een meisje achterin. “Omdat je ervoor kiest mee te lopen”, antwoordt Zwarts, die hiermee het principe van medeplichtigheid wil uitleggen. “Ik heb laatst een snoepje uit de jamin gestolen, ben ik nu ook strafbaar?”, vraagt een meisje. Zwarts lacht, maar blijft wel serieus: “als je het vanaf nu nooit meer doet. Afgesproken?”

Of oppercrimineel Taghi nog zo’n verklaring kan krijgen? Dat vind ik zo’n loser, hij krijgt nooit meer zijn VOG. 

Als je eenmaal een misdrijf bent begaan, wordt de rest van je leven ook aanzienlijk ingewikkelder: in veel gevallen kun je voor een bepaalde tijd geen Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) meer krijgen. Dat kennen de meeste groep 8-ers nog niet. “Schrijf allemaal jullie droombaan op een papiertje”, geeft Zwarts hun de opdracht. Hij leest de banen allemaal op. “Profvoetballer? Dat kun je vergeten zonder VOG”, en hij scheurt het briefje door het midden. “Eigen winkel openen? Dan moet je ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel, onmogelijk zonder VOG. Advocaat? Gaat je nooit lukken.” Vrijwel geen enkele droombaan blijkt mogelijk zonder VOG, de klas is er stil van. Of oppercrimineel Taghi nog zo’n verklaring kan krijgen? “Dat vind ik zo’n loser, hij krijgt nooit meer zijn VOG.” 

Als de leerlingen terugkomen van hun pauze, staat er een jongen bij de deur. “Hij lijkt op Will Smith!”, zegt een van de meisjes tegen een vriendin. Hij blijkt de 24-jarige Quinten te zijn. Als verrassing komt hij vertellen over zijn criminele verleden. “Ik ben hier vandaag voor jullie, niet omdat de politie het mij vraagt”, vertelt hij de klas. “Ik hoop door mijn verhaal te vertellen jullie betere keuzes maken dan ik.”

Snitchen

Quinten vertelt dat hij af en toe wel eens kleine delicten pleegde toen hij jonger was. “Wel eens iets stelen, verkeerde vrienden.” Zijn ouders hadden niets door. “Weten jullie ouders precies wat jullie buiten aan het doen zijn?” Zijn ouders dachten dat hij buiten was met vrienden, maar eigenlijk stroomde hij langzaamaan de criminele wereld in. 

Het werd serieuzer toen hij betrokken raakte bij drugssmokkel, zonder dat hij het doorhad. Een van zijn “verkeerde” vrienden vroeg hem een koffer mee te nemen naar het buitenland. “Ik dacht logisch, ik ga toch op reis dan neem ik wel even die koffer mee.” In de koffer bleken drugs te zitten, maar dat wist hij niet. “Waar denken jullie dat die drugs verstopt zaten?” Veel vingers gaan de lucht in. “In de sokken?” Nee. “In het achtervak?” Ook niet. “In de dubbele bodem?” Juist. 

Eenmaal in het buitenland werd hij aangehouden en dat resulteerde in een driejarige gevangenisstraf, deels in het buitenland. “Waarom heb je niet gezegd dat het niet jouw koffer was?”, vraagt een jongen. Omdat Quinten niet wilde snitchen en bovendien moeilijk kon bewijzen dat het niet zijn koffer was. Een begripvolle knik. “Heb je ooit nog iets van die vriend gehoord?”, vraagt een ander. “Nee, en weten jullie waarom dat zo is? Criminelen zijn alleen maar uit op geld, vertrouw ze niet.” Daar is Zwarts het mee eens. “Durf nee te zeggen. Goede vrienden vragen nooit iets van je, maar vragen juist of zij iets voor jou kunnen doen.”

Dit verhaal verscheen eerder in Mug Magazine.